Clark Gillian Website

Wat boeddha allemaal zei. Dhammapada.



Hoofdstuk 5. 

De dwaas.



N°5: De Dwaas
५. बालवर्गः पञ्चमः


☸️


Hoe lang lijkt de nacht te duren tijdens de nachtshift, hoe lang lijkt de weg nog wanneer je compleet vermoeid bent van het stappen, hoe lang lijkt het dwalen door levens die eindigen in de dood voor de dwaas die het pad niet kan vinden.        

दीर्घा जाग्रतो रात्रिः दीर्घं श्रान्तस्य योजनम् ।

दीर्घो बालानां संसारः सद्धर्मं अविजानताम् ॥ १॥

☸️


Als iemand tijdens de grote, grote reis van het leven niet in staat is om iemand te vinden die verder staat of tenminste even ver is als hemzelf op het pad, laat hem of haar dan olijk en vrolijk alleen verder gaan op het pad: een dwaas kan u op het pad niet helpen.

चरन् चेत् नाधिगच्छेत् श्रेयांसं सदृशं आत्मनः ।

एकचर्यां दृढं कुर्यात् नाऽस्ति बाले सहायता ॥ २॥           

☸️


“Dit laat ik na aan mijn kinderen en dit hebben zij allemaal bereikt”, hier breekt de dwaas het hoofd over. De dwaas bezit zelfs niet eens de eigen gedachten, hoe meer bezit de dwaas werkelijk kinderen en rijkdom!  

पुत्रा मे सन्ति धनं मेऽस्ति इति बालो विहन्यते ।

आत्मा ह्यात्मनो नाऽस्ति कुतः पुत्राः कुतो धनम् ॥ ३॥

☸️


Als een dwaas de eigen dwaasheid kan inzien, dan is dat wijs. Maar de dwaas die van zichzelf denkt wijs te zijn, is nog dwazer dan dwaas.          

यो बालो मन्यते बाल्यं पण्डितश्चापि तेन स ।

बालश्च पण्डितमानी स वै बाल इत्युच्यते ॥ ४॥

☸️


Al spendeert een dwaas nog een hele leven met een wijze, dan nog kent die het pad van wijsheid niet, zoals een lepel nooit de smaak kan kennen van soep.

यावज्जीवमपि चेद् बालः पण्डितं पर्युपासते ।

न स धर्मं विजानाति दर्वी सूपरसं यथा ॥ ५॥

☸️


Maar als iemand die echt ziet en echt kijkt ook maar een ogenblik bij de wijze is, kent hij of zij meteen iets meer van het pad der wijsheid, net zoals de tong de smaak van soep kent.

मुहूर्त्तमपि चेद् विज्ञाः पण्डितं पर्युपासते ।

क्षिप्रं धर्मं विजानाति जिह्वा सूपरसं यथा ॥ ६॥

☸️


Met jezelf als vijand door het leven gaan, zo is de dwaas die steeds de verkeerde dingen voor zichzelf doet en eindigt met het bittere fruit die hij of zij daarmee heeft gekweekt.        

चरन्ति बाला दुर्मेधसोऽमित्रेणैवात्मना ।

कुर्वन्तः पापकं कर्मं यद्भवति कटुकफलम् ॥ ७॥

☸️


Elke daad waarover je achteraf moet beseffen dat het fout was en moet beklagen is geen daad die je goed kan noemen; zeker niet wanneer je met tranen het bittere fruit ervan moet oogsten.

न तत् कर्म कृतं साधु यत् कृत्त्वाऽनुतप्यते ।

यस्याश्रुमुखो रुदन् विपाकं प्रतिसेवते ॥ ८॥

☸️


Maar de daad die je je achteraf niet moet beklagen wanneer het achter de rug is en waarvan je de zoete vrucht kan proeven kan je volledig een goede daad noemen.

तच्च कर्मं कृतं साधु यत् कृत्वा नानुतप्यते ।

यस्य प्रतीतः सुमन विपाकं प्रतिसेवते ॥ ९॥

☸️


De verkeerde daad lijkt voor de dwaas zoet tot de pijnlijke reactie daar is. Op het einde heeft de dwaas geen keus dan het bittere fruit dat daaruit is gegroeid met spijt op te eten.          

मध्विव मन्यते बालो यावत् पापं न पच्यते ।

यदा च पच्यते पापं अथ बालो दुःखं निगच्छति ॥ १०॥

☸️


De dwaas mag nog maand na maand vasten en leven op niets anders dan gras met scherpe randjes en nog is hij of zij geen zestiende waard van een wijze wiens gedachten leven van de waarheid.

मासे मासे कुशाग्रेण बालो भुञ्जीत भोजनम् ।

न स संख्यातधर्माणां कलामर्हति षोडशीम् ॥ ११॥

☸️


Er is niet altijd een onmiddellijke reactie bij een slechte daad zoals melk ook niet meteen zuur wordt. Maar net als brandende hete kolen verstopt onder as, verteren slechte daden de dwaas van binnenuit.

नहि पापं कृतं कर्म सद्यः क्षीरमिव मुञ्चति ।

दहन् बालमन्वेति भस्मच्छन्न इव पावकः ॥ १२॥

☸️


En als de dwaas zelfs dan nog gewiekster wordt, vernietigt dit alleen maar de geest en wordt het noodlot nog erger dan daarvoor. 

यावदेव अनर्थाय ज्ञप्तं बालस्य जायते ।

हन्ति बालस्य शुक्लांशं मूर्द्धानमस्य विपातयन् ॥ १३॥

☸️


Want de dwaas snakt naar reputatie, onder de monniken de voorloper zijn, autoriteit behalen in de kloosters en aanbeden worden door iedereen.

असद् भवनमिच्छेत् पुरस्कारं च भिक्षुषु ।

आवासेषु चैश्वर्यं पूजां परकुलेषु च ॥ १४॥

☸️


“Ik heb alles geleerd en gedaan zodat de huisvrouwen en huismannen, maar ook alle eenzame nieuwsgierigen mij altijd gaan vragen wat ze wel of niet zouden moeten doen”, dit zijn de gedachten van de dwaas, opgeblazen door trots en verlangen.     

ममैव कृतं मन्येतां गृहि-प्रव्रजितावुभौ ।

ममैवातिवशाः स्यातां कृत्याकृत्येषु कषु चित् ।

इति बालस्य सङ्कल्प इच्छा मानश्च वर्द्धते ॥ १५॥

☸️


Maar het ene is het pad van rijkdom hier op aarde, het andere is het pad van NIRVANA. Laat wie echt naar de woorden van de Boeddha luistert hier diep over nadenken, zonder te denken aan reputaties, gewoon puur streven naar persoonlijke vrijheid.   

अन्या हि लाभोपनिषद् अन्या निर्वाणगामिनि ।

एवमेतद् अभिज्ञाय भिक्षुर्बुद्धस्य श्रावकः ।

सत्कारं नाभिनन्देत् विवेकमनुबृंहयेत् ॥ १६॥


☸️


N°1: Er is geen ander in eenheid 
१. यमकवर्गः प्रथमः 

N° 2: Erbij blijven
२. अप्रमादवर्गः द्वितीयः

N°3: De geest
३. चित्तवर्गस्तृतीयः

N°4: De bloemen
४. पुष्पवर्गश्चतुर्त्थः

N°5: De Dwaas
५. बालवर्गः पञ्चमः

N°6: De Wijze
६. पण्डितवर्गः षष्ठः

N°7: Vrijheid
७. अर्हद्वर्गः सप्तमः

N°8: Nog Beter
८. सहस्रवर्गो अष्टमः

N°9: Goed en Slecht
९. पापवर्गः नवमः

N°10: Het Leven
१०. दण्डवर्गः दशमः

N°11: Verder
११. जरावर्ग एकादशः

N°12: Zelfvoorziening
१२. आत्मवर्गः द्वादशः

N°13: Sta op! Kijk.
१३. लोकवर्गः त्रयोदशः

N°14: De Boeddha
१४. बुद्धवर्गः चतुर्दशः

N°15: Vreugde
१५. सुखवर्गः पञ्चदशः

N°16: Voldoening
१६. प्रियवर्गः षोडशः

N°17: Woede
१७. क्रोधवर्गः सप्तदशः

N°18 Troebel
१८. मलवर्गोष्टादशः

N°19: Geworteld in de Dhamma
१९. धर्मष्ठवर्गः एकोनविंशः

N°20: Het pad
२०. मार्गवर्गः विंशः

N°21: Wijze Woorden
२१. प्रकीर्णकवर्गः एकविंशः

N°22: Het neerwaartse pad
२२. निरयवर्गो द्वाविंशः

N°23: De Olifant
२३. नागवर्गः त्रयोविंशः

N°24: Dorst
२४. तृष्णावर्गः चतुर्विंशः

N°25: De Bhikshu
२५. भिक्षुवर्गः पञ्चविंशः

N°26: de Brahmaan
२६. ब्राह्मणवर्गः षड्विंशः