🧧
Wat Confucius zei:
Iedereen die kan leiden en besturen vanuit een plek van deugdzaamheid kan vergeleken worden met de Noordster die zijn plaats behoudt en naar wie alle andere sterren keren.
子曰
為政以德,
譬如北辰,
居其所而眾星共之。
🧧
Wat Confucius zei:
In het Boek der Liederen staan driehonderd gedichten, maar ze kunnen allemaal als volgt worden samengevat.
Sta jezelf niet toe verdorven gedachten te hebben.
子曰
詩三百,
一言以蔽之,
曰思無邪。
🧧
Wat Confucius nog zei:
Als de wet alleen maar wordt nageleefd omdat er wordt gestraft, dan is de wet naleven niets anders dan het ontwijken van straffen.
Op die manier is er geen plichtsgevoel.
Maar als de wet wordt nagestreefd omdat men er de deugd van inziet en iedereen zich kan vinden in de regels van fatsoen, dan komt er een gevoel van plichtsbesef.
Ondertussen maakt dit de mensen ook goedhartig.
子曰
道之以政,
齊之以刑,
民免而無恥;
道之以德,
齊之以禮,
有恥且格。
🧧
Wat Confucius zei:
Op vijftien jaar dacht ik aan niets anders dan studeren.
Toen ik dertig werd, stond ik sterk in wat ik geleerd had.
Op de leeftijd van veertig had ik geen twijfels meer.
Wanneer ik vijftig werd, kreeg ik voeling met de Hemel.
Op zestig was mijn oor alleen gehoorzaam voor de waarheid.
En tegen de leeftijd van zeventig was ik in staat te volgen wat mijn hart begeerde, zonder van mijn pad af te dwalen.
子曰
吾十有五而志于學,
三十而立,
四十而不惑,
五十而知天命,
六十而耳順,
七十而從心所欲,
不踰矩。
🧧
Een andere filosoof vroeg eens wat respect voor de ouders eigenlijk betekent.
Wat Confucius zei was:
Niet ongehoorzaam zijn.
Niet lang erna reed Confucius weg en sprak hij tot de bestuurder:
Iemand vroeg mij wat de plichten zijn van een kind tegenover zijn ouders en ik zei simpelweg ‘niet ongehoorzaam zijn.’
De bestuurder zei:
Ja, maar wat bedoel je daarmee?
Confucius antwoordde:
Wanneer uw ouders leven, ze zo fatsoenlijk mogelijk proberen van dienst te zijn; en wanneer ze er niet meer zijn, ze zo fatsoenlijk mogelijk begraven.
Daarna zo fatsoenlijk mogelijk blijven eren en herdenken.
孟懿子問孝。
子曰:
無違。
樊遲御,
子告之曰:
孟孫問孝於我,
我對曰無違。
樊遲曰
何謂也?
子曰
生事之以禮;
死葬之以禮,
祭之以禮。
🧧
Ook een andere filosoof vroeg wat de plichten zijn als zoon of dochter.
Wat Confucius zei:
Ouders zitten ermee in als hun kinderen ziek zijn.
孟武伯問孝。
子曰
父母唯其疾之憂。
🧧
Nog een filosoof vroeg wat mensen voor hun ouders zouden moeten doen.
Wat Confucius zei:
Tegenwoordig betekent dit alleen maar uw ouders steunen.
Maar vaak delen honden en paarden hun eten ook met hun ouders in dezelfde voederbak.
Als je bij uw steun geen appreciatie en liefde toont, hoe kan je het verschil zien tussen materiële steun en morele steun?
子游問孝。
子曰
今之孝者,
是謂能養。
至於犬馬,
皆能有養;
不敬,
何以別乎?
🧧
De vraag kwam opnieuw wat men als kind kan doen voor de ouders.
Wat Confucius zei:
Het moeilijke eraan is het verschil te zien met de schijn ervan.
Als ouders moeilijkheden hebben en de jongeren nemen altijd maar de gevolgen ervan op zichzelf;
of als de jongeren meer genieten van wijn en lekker eten, dan van hun ouders;
Hoe kan je deze dingen oprecht respect noemen?
子夏問孝。
子曰
色難。
有事弟子服其勞,
有酒食先生饌,
曾是以為孝乎?
🧧
Wat Confucius zei:
Ik heb de hele dag met iemand gesproken die akkoord ging met alles wat ik maar zei- alsof hij dom was.
Nu heeft die zich teruggetrokken en ik heb het gedrag geobserveerd in mijn afwezigheid.
Ik merkte dat deze persoon alles wat ik heb verteld echt toepast.
Allesbehalve een dommerik.
子曰
吾與回言終日,
不違如愚。
退而省其私,
亦足以發。
回也,
不愚。
🧧
Wat Confucius zei:
Merk op wat iemand ook effectief doet.
Let op de motieven.
Observeer waarin die persoon tot rust komt.
Hoe kan iemand dan nog zijn karakter verbergen?
子曰
视其所以,
观其所由,
察其所安。
人焉廋哉?
🧧
Wat Confucius nog zei
Als iemand alles wat hij vroeger heeft geleerd blijft koesteren en er altijd iets nieuws uit kan halen,
dan is die zeker in staat anderen daarin te onderwijzen!
子曰
溫故而知新,
可以為師矣。
🧧
Wat Confucius zei:
De volleerde student is geen instrument.
子曰
君子不器。
🧧
Een andere filosoof vroeg wat iemand nu beschaafd maakt.
Wat Confucius zei was:
Iemand die handelt vooraleer die erover spreekt en achteraf spreekt zoals die handelt.
子貢問君子。
子曰
先行其言,
而後從之。
🧧
Wat Confucius zei:
De geleerde gelooft zonder te verloochenen.
Een kleingeestig persoon verloochent zonder te geloven.
子曰
君子周而不比,
小人比而不周。
🧧
Wat Confucius zei:
Leren zonder denken is zinloos.
Denken zonder leren is gevaarlijk.
子曰
學而不思則罔,
思而不學則殆。
🧧
Wat Confucius nog zei:
Te grote fascinatie voor het bizarre is gevaarlijk!
子曰
攻乎異端,
斯害也已!
🧧
Wat Confucius ook nog zei:
Jij!
Zal ik jou een keer uitleggen wat kennis is?
Zodra jij weet wat iets is, vertrouw jezelf dat je het weet;
En als je iets niet weet, laat jezelf toe dat je het niet weet.
Dit is kennis.
子曰
由!
誨女知之乎?
知之為知之,
不知為不知,
是知也。
🧧
Nu was er eens iemand die hard aan het studeren was om later een prestigieuze positie te krijgen.
Wat Confucius zei was:
Luister vooral, en zet de dingen waarover je twijfelt opzij;
spreek terzelfdertijd voorzichtig over al de rest – op die manier zal je veel dwaze uitspraken vermijden en kan er niemand u terechtwijzen achteraf.
Kijk vooral, en zet alle dingen die gevaarlijk lijken opzij,
wees terzelfdertijd voorzichtig met wie je allemaal optrekt – op die manier zal je veel dwazigheden vermijden en moet je geen spijt hebben over slecht gedrag achteraf.
Als iemand dwaze uitspraken vermijdt en weinig reden heeft om spijt te hebben over dwaas gedrag, dan verdient die persoon een prestigieuze positie.
子張學干祿。
子曰
多聞闕疑,
慎言其餘,
則寡尤;
多見闕殆,
慎行其餘,
則寡悔。
言寡尤,
行寡悔,
祿在其中矣。
🧧
Nu was er een bestuurslid die vroeg:
Hoe kan ik de mensen die ik bestuur het beste beheersen?
Wat Confucius zei was:
Promoveer de goedhartigen en zet de valsaards opzij, dan zullen de mensen meegaand worden.
Promoveer de valsaards en zet de goedhartigen opzij en dan zullen de mensen beginnen dwarsliggen.
哀公問曰
何為則民服?
孔子對曰
舉直錯諸枉,
則民服;
舉枉錯諸直,
則民不服。
🧧
Een heerser vroeg hoe het volk trouw kon blijven en eer kon betuigen, met respect voor deugdzaamheid.
Wat Confucius zei was:
Laat de heerser heersen met ernstige ernst, dan zal het volk eren.
Laat de heerser kordaat zijn en sympathiek tegelijkertijd, dan zal het volk trouw blijven.
Laat de heerser de competenten promoveren en geef de incompetenten kansen om bij te leren, dan zullen ze in de rij gaan staan om deugdzaamheid te studeren.
季康子問
使民敬、
忠以勸,
如之何?
子曰
臨之以莊則敬,
孝慈則忠,
舉善而教不能,
則勸。
🧧
Iemand sprak Confucius plots aan met de woorden:
Meneer, waarom ben je dan niet actief in het bestuur?
Wat Confucius daarop zei was:
Het Boek der Boeken zegt het volgende:
Jij bent broederlijk wanneer je jouw broeder ontdoet van zijn verplichten.
Pas dit ook toe in het bestuur.
Ben ik dan niet die broeder van het huidige bestuur, ontdaan van zijn verplichtingen?
或謂孔子曰
子奚不為政?
子曰
書云
孝乎惟孝、
友于兄弟,
施於有政。
是亦為政,
奚其為為政?
🧧
Wat Confucius zei:
Ik begrijp niet hoe iemand zonder oprechtheid door het leven kan gaan.
Hoe kunnen ossen een huifkar voorttrekken zonder dwarsbalk of hoe kunnen paarden een koets voorttrekken zonder teugels?
子曰
人而無信,
不知其可也。
大車無輗,
小車無軏,
其何以行之哉?
🧧
Iemand vroeg als we echt kunnen weten hoe tien eeuwen geleden alles werd bestuurd.
Wat Confucius zei:
De Yin dynastie volgde de regels van de Xia dynastie, we kunnen nagaan wat ze hebben toegevoegd of hebben weggelaten.
De Zhou dynastie volgde de regels van de Yin dynastie, we kunnen ook hier nagaan wat ze hebben toegevoegd of weggelaten.
Anderen mogen de Zhou dynastie nog volgen, maar zelfs al zijn er honderden jaren voorbijgegaan, we kunnen nog steeds nagaan hoe ze hun bestuur aanpakten!
子張問
十世可知也?
子曰
殷因於夏禮,
所損益,
可知也;
周因於殷禮,
所損益,
可知也;
其或繼周者,
雖百世可知也。
🧧
Wat Confucius zei:
Iemand die offers brengt aan een standbeeld dat geen persoonlijke band heeft met hem of haar, vleit alleen zichzelf.
Om aan te voelen wat gepast is en wat niet, hangt af van uw moed.
子曰
非其鬼而祭之,
諂也。
見義不為,
無勇也。
🧧