Clark Gillian Website

Wat Confucius allemaal zei.

De analecten;
Boek 3: rituele dans.



🧧



Toen Confucius op een dag acht rijen van dansers
zag in een ceremonie zei hij:

 

 Ik stel me toch vragen bij wat deze familie probeert te bewijzen met zo’n overdreven aantal dansers.

 



孔子謂季氏

八佾舞於庭,

是可忍也,

孰不可忍也?



🧧

 


Nu waren er drie belangrijke families die op een bepaald moment tijdens een ceremonie een hymne brachten.

 

Toen de rituele instrumenten daarna werden weggehaald, kende Confucius de woorden ook van buiten en zong de tekst mee.

 

De Prinsen volbrengen het ritueel, de keizer is ernstig en plechtig.

 

En vroeg vervolgens:

 

Maar wat hebben prinsen en keizers in hemelsnaam te maken met deze drie families?


 

三家者以雍徹。

 

子曰

 

相維辟公,

天子穆穆,

奚取於三家之堂?

 


🧧


Wat Confucius zei:

 

 Hoe kan iemand rituelen voorleiden, zonder te begrijpen wat menselijk is?

 

Een mens zonder menselijkheid kan niets begrijpen van muziek.



子曰

 

人而不仁,

如禮何?

 

人而不仁,

如樂何?



🧧



Iemand vroeg dan aan Confucius wat het belangrijkste was om op te letten tijdens ceremonies.

 

Wat Confucius zei:

 

Een geweldige vraag!

 

Tijdens feesten is het beter om simpel te zijn dan extravagant.

 

Tijdens begrafenissen is het beter om extravagant te zijn dan simpel.



林放問禮之本。

 

子曰

 

大哉問!

 

禮,

與其奢也,

寧儉;

喪,

與其易也,

寧戚。

 


🧧


Wat Confucius zei:

 

Ten noorden en ten oosten van ons land bestaat nog steeds de cultus van de prinspersoonlijkheid.

 

Wij houden ons daar niet meer mee bezig.



子曰

 

夷狄之有君,

不如諸夏之亡也。



🧧



Nu was er een meneer die een offer wou brengen aan de berg Tai.

 

Wat Confucius zei:

 

Dit ritueel was ontworpen voor Keizers. Is er niemand die dit kan tegenhouden?

 

Het antwoord luidde:

 

Neen.

 

Confucius zei hierop:

 

Die arme berg.



季氏旅於泰山。

 

子謂冉有曰

 

女弗能救與?

 

對曰

 

不能。

 

子曰

 

嗚呼!

 

曾謂泰山,

不如林放乎?


🧧



Wat Confucius zei:

 

Wie deugd studeert, maakt geen ruzie.

 

Als er nu iets voorvalt dat echt niet bij te leggen is, komt het dan niet best neer op een duel?

 

Maar de regels van een duel vragen dat de deelnemers ze respecteren, en in de aanloop van het duel zullen ze zich concentreren en streng voorbereiden.

 

Zo valt er toch opnieuw deugd te vinden in hun ruzie.

 


子曰

 

君子無所爭,

必也射乎!

 

揖讓而升,

下而飲,

其爭也君子。


🧧


 


Iemand vroeg Confucius:

 

Wat betekent dit deel van het Boek der Oden?


Een schattige glimlach met kuiltjes
Een gestolen blik vol elegantie
de puurste zijde klaar voor kleuring


Wat Confucius zei:

 

Schilderijen beginnen altijd met een compleet blanke spandoek.

 

Opnieuw werd een vraag gesteld:


En wat is de betekenis van het blanke spandoek?


Confucius zei daarop:

 

Met jou kan ik pas echt spreken over wat het Boek der Oden betekent.



子夏問曰

 

巧笑倩兮,

美目盼兮,

素以為絢兮。

 

何謂也?

 

子曰

 

繪事後素。

 

 

禮後乎?

 

子曰

 

起予者商也!

 

始可與言詩已矣。


🧧



 

Wat Confucius zei:

 

Alles wat ik vertel over de rituelen en hun oorsprong zou ik kunnen staven als elke dynastie niet zoveel kennis verloren liet gaan door een schaarste aan geleerden.



子曰

 

夏禮,

吾能言之,

杞不足徵也;

殷禮,

吾能言之,

宋不足徵也。

 

文獻不足故也,

足則吾能徵之矣。


🧧


 

De Meester zei:

 

Wat er tegenwoordig allemaal volgt op de offers van de Keizerlijke openingsceremonie, is bijna niet meer om aan te zien.



子曰

 

禘自既灌而往者,

吾不欲觀之矣。


🧧

 


 

 En iemand vroeg wat de betekenis was van de Keizerlijke offers.

 

Wat Confucius zei:

 

Ik heb geen idee.

 

De persoon die de betekenis ervan kende kon even makkelijke een land besturen als wij onze handpalmen kunnen zien.



或問禘之說。

 

子曰

 

不知也。

 

知其說者之於天下也,

其如示諸斯乎!

 

指其掌。


🧧

 


Offer aan de doden alsof ze erbij zijn.

 

Offer aan de geesten alsof ze erbij zijn.


Wat Confucius zei was:

 

Als ik er met mijn hoofd niet bij ben tijdens het offeren, dan kan ik even goed stoppen met het hele ritueel.


 

祭如在,

祭神如神在。

 

子曰

 

吾不與祭,

如不祭。


🧧


Iemand vroeg aan Confucius om de uitdrukking:

 

respecteer eerder de keukenstoof dan het familiealtaar

 

 Te verklaren.

 


Confucius was het niet eens:

 

Iemand die de Hemel niet kan respecteren, kan geen enkel mens respecteren.

 



王孫賈問曰

 

與其媚於奧,

寧媚於竈,何謂也?

 

子曰

 

不然,

獲罪於天,

無所禱也。


🧧


 


 

Wat Confucius zei:

 

De Zhou dynastie had het voordeel dat ze konden steunen op de kennis van de vorige twee dynastieën!

 

Zo compleet en elegant waren hun wetten en regels!

 

Ik volg de Zhou.



子曰

 

周監於二代,

郁郁乎文哉!

 

吾從周。


🧧


 


Op een dag ging Confucius naar een groottempel en stelde over alles en nog wat vragen.

 

Nu was er iemand die zei:

 

 En men zegt altijd maar dat Confucius alles weet over fatsoenlijkheid en respect, maar vanaf het moment dat hij de tempel binnen wandelde tot nu heeft hij niets anders gedaan dan vragen gesteld!

 

Confucius hoorde dit en antwoordde:

 

Dit is net deel van fatsoen.

 



子入大廟,

每事問。

 

或曰孰謂鄹人之子知禮乎?

 

入大廟,

每事問。

 

子聞之曰

 

是禮也。


🧧

 


 

Wat Confucius zei:

 

Niet iedereen heeft dezelfde kracht.

 

Het punt van boogschieten is niet hoe diep je het doelwit doorboort.

 

Hierin ligt de weg van de ouden.

 



子曰

 

射不主皮,

為力不同科,

古之道也。


🧧



Nu was het zo dat iemand wou ophouden met het offeren van schapen elke eerste dag van de maand.

 

Wat Confucius zei was:

 

Jij houdt van de schapen, ik hou van het ritueel.

 



子貢欲去告朔之餼羊。

 

子曰

 

賜也,

爾愛其羊,

我愛其禮。


🧧

 


 

Wat Confucius zei was:

 

De mensen zullen het vleierij noemen als je regelmatig respect toont aan je meerderen.

 



子曰

 

事君盡禮,

人以為諂也。


🧧

 


Een hertog vroeg hoe ministers moeten worden aangesteld en hoe ministers het beste hun werk doen.

 

Wat Confucius zei:

 

Een minister moet worden aangesteld volgens de regels van fatsoenlijkheid, en ministers moeten dienen met vertrouwen in wie hen heeft aangesteld.

 




定公問

 

君使臣,

臣事君,

如之何?

 

孔子對曰

君使臣以禮,

臣事君以忠。


🧧


 


 

Wat Confucius zei:

 

De Liederen spreken over vreugde zonder losbandig te zijn, en over verdriet zonder kwelling.



子曰

 

關雎,

樂而不淫,

哀而不傷。


🧧


Er vroeg iemand naar de altaren op het land.

 

Het antwoord klonk:

 

De koning van Xia dynastie zou de pijnbomen errond hebben geplant;

Het volk van de Yin dynastie zouden de cipressen geplant hebben en het volk van de Zhou dynastie plantten de hazelaren;

en dat allemaal om een plechtige sfeer aan het altaar te geven.

 

Wanneer Confucius dit hoorde, zei hij:

 

Het is nutteloos om te speculeren over beslissingen die al gemaakt zijn en al volledig zijn uitgevoerd.

 



哀公問社於宰我。

 

宰我對曰

 

夏后氏以松,

殷人以柏,

周人以栗,

曰使民戰栗。

 

子聞之曰

 

成事不說,

遂事不諫,

既往不咎。


🧧


 


 

Confucius was over een bepaalde hertog niet tevreden. Wat hij zei was:

 

De hertog is echt erg!


Maar is de hertog dan niet erg spaarzaam?

Hij heeft drie verschillende huizen met bewaking.


Maar de hertog volgt toch de regels van de fatsoen en de etiquette?


Confucius zei daarop:

 

Volgens de gebruiken mag alleen een koning zijn omheining verbergen achter bomen, geen hertog.

 

Als een koning gasten ontvangt en ze op vriendschap toosten, is de etiquette dat ze hun bekers daarna op een standaard plaatsen en ook de hertog kocht een.

 

Hij kent de gebruiken inderdaad!

Maar alleen om ze te misbruiken.

子曰

管仲之器小哉!

 

或曰

 

管仲儉乎?

 

 

管氏有三歸,

官事不攝,

焉得儉?

 

然則管仲知禮乎?

 

 

邦君樹塞門,

管氏亦樹塞門;

邦君為兩君之好,

有反坫,

管氏亦有反坫。

 

管氏而知禮,

孰不知禮.


🧧


 

Confucius zei tegen een muziekmeester het volgende:

 

Op voorhand moet gekend zijn hoe de muziek gespeeld moet worden.

 

Wanneer de muziek start, moeten alle instrumenten samen beginnen.

 

Wanneer de muziek loopt klinken de instrumenten het best in harmonie met elkaar wanneer hun eigen klank heel duidelijk is.

 

Zonder ophouden moet ze blijven doorspelen tot het einde.




子語魯大師樂。

 

 

樂其可知也:

 

始作,

翕如也;

從之,

純如也,

皦如也,

繹如也,

以成。


🧧



Een grensbewaker vroeg om te mogen spreken met Confucius, zeggende:

 

Alle mensen met grote deugd die hier zijn gepasseerd om te spreken met de Meester, hebben nooit de kans afgezegd om ook bij mij langs te komen en te babbelen.

 

Nu wil ik graag eens met de Meester zelf spreken.

 

De leerlingen van Confucius gingen akkoord en brachten de bewaker tot hem.

 

Wanneer hij terug buitenkwam na het gesprek zei hij tot de leerlingen:

 

Jullie moeten blij zijn want voor lange tijd was de grote leer onder de hemel onbekend.

 

Maar nu gaat de hemel jullie meester gebruiken net als de klepel van een bel!



儀封人請見。

 

 

君子之至於斯也,

吾未嘗不得見也。

 

從者見之。

 

出曰

 

二三子,

何患於喪乎?

 

天下之無道也久矣,

天將以夫子為木鐸。


🧧


 


 

Confucius zei dat de muziek ten tijde van Keizer Shun (wiens voorganger afstand nam van de troon omdat hij zoveel meer deugd had) perfect was in zijn schoonheid en ook perfect in deugdelijkheid.

 

Hij zei dat de muziek ten tijde van Keizer Wu (die zijn voorganger had vermoord om de troon in te nemen) perfect was in schoonheid, maar niet in deugdelijkheid.



子謂韶,

盡美矣,

又盡善也。

謂武,

盡美矣,

未盡善也。


🧧



Wat Confucius nog zei:

 

Hoge posten zonder grote vrijgevigheid, ceremonies die niemand waardeert, rouwen zonder verdriet – wat moet ik van die dingen allemaal denken?



子曰

 

居上不寬,

為禮不敬,

臨喪不哀,

吾何以觀之哉?


🧧